Vroeger en nu
De “sloperieje” zo werd het in de vorige eeuw genoemd. De autosloperij was eigenlijk overal bekend, je bracht je auto er heen, je kreeg een paar gulden en Johan zette de auto ergens neer en binnen niet al te lange tijd waren de meeste onderdelen al bij een nieuwe eigenaar.
Al gauw groeide het bedrijf en werd er een loods gebouwd om in ieder geval binnen te kunnen werken. Toen de kinderen werden geboren, groeiden ook zij mee in de wereld van, zoals het nu heet, “autodemontagebedrijf” en worden tezamen met de personeelsleden de auto’s gedemonteerd en de bruikbare onderdelen in de magazijnen gelegd.
De auto’s op milieu verantwoorde wijze gedemonteerd en vloeistoffen etc in de daarvoor bestemde opslagtanks opgeslagen om daarna te worden afgevoerd. Iedere auto wordt ook voorzien van een soort “QR” code, dit geeft aan dat het kenteken officieel is ingenomen en er een vrijwaring is afgegeven.
Natuurlijk zijn er nog vele bruikbare artikelen aan een “gesloopte” auto, dus waarom een nieuw onderdeel kopen als er nog ruim voldoende in de magazijnen liggen.